‘Vrouwen mogen van mij gerust thuisblijven om voor hun kinderen te zorgen, maar níét op kosten van de maatschappij’, liet minister van Justitie Vincent Van Quickenborne (Open VLD) zich ontvallen in Humo. Tot de woede van heel wat stay-at-home moeders, vaders en mantelzorgers.
Daarmee hernam Van Quickenborne een uitspraak van Vooruit-voorzitter Conner Rousseau. Wie thuisblijft, klonk het, ‘rijdt wel op onze wegen’ en ‘kan rekenen op onze gezondheidszorg.’ De boodschap is duidelijk: huishoudelijk en onbetaald zorgwerk telt niet als bijdrage aan de maatschappij, het is ‘profiteren’ van de sociale zekerheid en publieke voorzieningen. Echt werk is betaald werk. Onder het mom van de krapte op de arbeidsmarkt lijken politici het eens dat iedereen die kan werken de arbeidsmarkt op moet. Of je nu langdurig ziek bent, ouder wordt, of ervoor kiest om voor het gezin te zorgen.
'Onbetaald werk is net nodig om betaalde arbeid mogelijk te maken. We moeten loskomen van de gedachte dat alleen een financiële beloning waarde geeft.'
Sarah De Coster, Femma
Maar wie huishoudelijk en zorgwerk verricht, levert wel degelijk een gigantische, vaak onzichtbare bijdrage aan de samenleving. ‘In België is bijna 60 procent van alle arbeid onbetaald’, zegt Sarah De Coster van vrouwenorganisatie Femma Wereldvrouwen. Dat blijkt uit tijdsbestedingsonderzoek van de Vrije Universiteit Brussel, volgens de zogenaamde BOA-quote. ‘Onbetaalde zorg voor kinderen of het huishouden valt daaronder, maar het essentiële werk van vrijwilligers zelfs nog niet. Bovendien zien we dat 54,3 procent van het werk van mannen betaald is, tegenover 31,8 procent van het werk van vrouwen.’
10,9 biljoen euro
Als je al het onbetaalde werk marktconform zou verlonen, berekende het Nederlandse Instituut voor Publieke Economie, dan zou daar in Nederland jaarlijks een bedrag van 215 miljard euro tegenover staan, meer dan alle uitgaven voor zorg en sociale zekerheid bij onze noorderburen. Wereldwijd verrichten alleen vrouwen al voor 10,9 biljoen euro onbetaald zorgwerk, volgens Oxfam.
‘Zulke cijfers tonen zwart op wit hoe belangrijk onbetaald werk is in onze samenleving, maar eigenlijk schiet zo’n vergelijking tekort’, aldus De Coster. ‘Zo lijkt het alsof het enkel van waarde is voor zover je er een bedrag op kan kleven, terwijl het onbetaalde werk net nodig is om betaalde arbeid mogelijk te maken. We moeten loskomen van de gedachte dat alleen een financiële beloning waarde geeft.’
Voor De Coster en heel wat feministen ligt de oplossing in een betere maatschappelijke waardering van onbetaald werk en in een gelijkere verdeling ervan tussen vrouwen en mannen. Uitgebreide en beter gefinancierde zorgverloven kunnen daarvoor zorgen, net als arbeidsduurvermindering met behoud van loon en kwaliteitsvolle en toegankelijke publieke diensten, zoals voor kinderopvang. ‘Een keuze voor zorgwerk mag geen financiële afstraffing zijn’, besluit ze. ‘Alleen zo kunnen we de mentaliteit keren.’