Ik word deze dagen veelvuldig aangesproken over de federale regeringsvorming. Waarom duurt het zo lang, vragen mensen zich af. Hoe komt het dat reporters in de media voortdurend de indruk wekken dat er iets op komst is, terwijl het steeds opnieuw uitstel is, vragen mensen zich af. Waarom wordt er geen verkenner uitgestuurd om een andere coalitie te onderzoeken, hoor ik.
Het is juist dat de onderhandelende partijen geloven dat zij een regering kunnen vormen. Ook al is het een combinatie van winnende en verliezende partijen. Ook al zijn andere constructies mogelijk. Ook al blijven ze geloven dat het vooral de ándere partijen zijn die het nog niet begrepen hebben. Maar voor mij moet deze coalitie niet te allen prijze een regering worden. Toch niet als ze met een akkoord komen dat onze verworven rechten en plichten lichtzinnig opgeeft.
Het is namelijk niet moeilijk om het enthousiasme, de veiligheid of de eerlijkheid uit de samenleving te halen met een fout begrotingsbeleid. Onwillekeurig jagen op mensen die langdurig ziek zijn, bijvoorbeeld, zal hen niet helpen. Een sociaal vangnet afbouwen, bijvoorbeeld, zal niemand helpen risico’s te nemen of nieuwe dingen te proberen. Sterke en overactieve liberale lobbygroepen toelaten om hun eerlijk bijdrage te ontvluchten, zal enkel sociale onrust opleveren in de plaats van eenheid.
Ik ben het ermee eens dat de voorbije decennia de begroting, niet in het minst door die misplaatste taxshift van de Zweedse regering en minister Van Overtveldt (N-VA), ontspoord is. Maar op een moment dat we extra handen zoeken in vele bedrijven, op een moment dat we de industriële ontwikkelingen moeten ondersteunen en we tegelijk moeten besparen, zijn er geen honderden recepten voorhanden. Wij deden nu al tientallen voorstellen om wel de doelen, maar niet de afbraak te realiseren. Samen met andere middenveldorganisaties bestudeerden we grondig de vorige begrotingen. Onze voorstellen vergroten de eerlijkheid, beschermen de zwaksten en geven kansen aan de economie van morgen. Alle partijen kennen ze.
Godzijdank, moet ik vandaag zeggen, dat de gesprekken nog bezig zijn. Want meneer Bouchez heeft gelijk: een slecht regeerakkoord hadden we vijf maanden geleden al kunnen hebben. Een goed: daar is nog werk aan! En als er straks een slecht regeerakkoord komt, dat op een verkeerde manier ingrijpt, dan zal u met mij op straat komen. En de plannen bestrijden overal waar mogelijk.
Ik wens u een Gelukkig Nieuwjaar! Geen ongelukkig.