De maximumperiode voor het tijdskrediet voor kinderzorg werd namelijk anderhalf jaar geleden beperkt tot 48 maanden in plaats van de eerdere 51 maanden. Die verlaging werd ook ingevoerd voor wie op dat moment al gebruikmaakte van het tijdskrediet. Maar zomaar terugkomen op gemaakte afspraken mag niet, oordeelde de arbeidsrechtbank van Brussel onlangs op aangeven van ACV.
Met die uitspraak velde de rechtbank alleen een oordeel over die ene klacht van één ouder die de inperking niet rechtvaardig vond. Andere ouders blijven voorlopig in de kou staan. Voorlopig, want bij het bekendmaken van de maatregel vocht het ACV de inperking ook aan bij de Raad van State. Daar viel voorlopig nog geen uitspraak in de zaak. Tot het zover is, raadt het ACV ouders aan om iedere communicatie die ze van de RVA ontvangen over hun tijdskrediet goed bij te houden. Onze verwachting is dat ook de Raad van State de inperking zal terugfluiten, wellicht in 2025. Dan kunnen we voor iedereen die gedwongen werd om onbetaald tijdskrediet op te nemen, toch nog een uitkering bekomen. De uitspraak van de arbeidsrechtbank geeft alleszins goede moed.