Begin deze maand maakte de NMBS haar nieuwe treinregeling bekend. Toen werd duidelijk dat de reizigers van treinlijn 60, tussen Dendermonde en Brussel, het vanaf midden december met minder treinen moeten doen. De stoptrein die een overstap naar de grote Brusselse stations mogelijk maakt in Jette, wordt immers uit het aanbod geschrapt.
Dat is een streep door de rekening van vele pendelaars uit het noordwestelijke deel van Vlaams-Brabant. Zowel ’s morgens als ’s avonds zullen de pendelaars en studenten gedwongen worden om op die ene resterende trein per uur te stappen. Er werd een petitie opgestart om te pleiten voor het behoud van het huidige treinaanbod. Op een week tijd ondertekenden maar liefst drieduizend treingebruikers de
petitie.
Trein is het snelst
‘De stoptreinen tussen Dendermonde en Brussel zitten nu al overvol. Elke dag moeten we rechtstaan’, klinkt het bij de initiatiefnemers. ‘En nu wordt er weer een trein afgeschaft. Dit terwijl we vanuit bijvoorbeeld Asse het snelst in Brussel zijn met de trein. Maar op deze
manier worden we verplicht om andere manieren te zoeken om naar Brussel te gaan. Dereden van deze beslissing ontgaat ons helemaal.’
De NMBS geeft als reden voor het schrappen van de trein dat spoorwegbeheerder Infrabel minder capaciteit kon aanbieden. De spoorwegmaatschappij gaf wel al aan bereid te zijn in gesprek te gaan en om te bekijken welke mogelijkheden er in de toekomst nog zijn.
Altijd te laat
Toch is het onzeker of er voor 16 december nog een oplossing uit de bus komt. Zeker voor pendelaars die vroeg moeten beginnen, is de nieuwe regeling slecht nieuws.
‘Wij moeten stipt om 6 uur in Brussel-Noord zijn’, vertellen Maddy en Christel, twee schoonmaaksters die vanuit Opwijk naar Brussel pendelen. ‘Doordat de trein vanuit Dendermonde enkele minuten later zal vertrekken, en de trein vanuit Jette naar Brussel vervroegd wordt, missen we onze overstap. Normaal waren we met de trein van 5.19 uur op een dik half uur van Opwijk naar Brussel-Noord. Nu zal de eerste trein pas om 5.37 uur vertrekken in Opwijk. We zullen dan altijd te laat op ons werk zijn.’