Maar liefst 2.663 mensen namen deel, zodat de enquête een goed inzicht biedt in de verplaatsingsgewoonten en -voorkeuren van de inwoners van de provincie. Uit de resultaten kunnen we zes lessen leren:
1. Overmatig autogebruik
Het opvallendste resultaat is dat 44 procent van de verplaatsingen met de auto gebeurt. Ondanks de inspanningen om alternatieve vervoersmiddelen te promoten, blijft de auto dominant. Als we kijken naar wat de respondenten aangeven als knelpunten is het niet onlogisch dat mensen blijven kiezen voor de auto. Doordat cafetariaplannen in de lift zitten, kiezen steeds meer werknemers voor een bedrijfswagen. Je kan wel stellen dat het fiscaliteit in België, werknemers in de auto duwt om te pendelen.
2. Wat met het openbaar vervoer?
Slechts 17 procent van de deelnemers maakt gebruik van het openbaar vervoer. De belangrijkste redenen voor het niet gebruiken van openbaar vervoer zijn de hoge kosten, onbetrouwbaarheid en slechte verbindingen. De respondenten geven aan dat er een dringende behoefte bestaat aan investeringen in betaalbaarheid, stiptheiden infrastructuur. Met infrastructuur wordt bedoeld hoe de
opstapplaats eruitziet en hoe comfortabel het vervoersmiddel is.
3. Fietsgebruik
37 procent van de respondenten verplaatst zich met de fiets, maar er zijn nog steeds aanzienlijke barrières voor fietsgebruik. De veiligheid van fietspaden, diefstal van fietsen bij stations en het gebrek aan infrastructuur in bepaalde gebieden blijven grote zorgen. Het beleid moet zich richten op het wegnemen van deze barrières om fietsgebruik verder te stimuleren.
4. Een ‘Lange Weg’ te gaan!
De enquête benadrukt verschillende knelpunten die dagelijks door reizigers worden ervaren, zoals onbetrouwbare dienstregelingen, te weinig trams tijdens de spits en slechte verbindingen naar industriële zones. Die problemen zijn niet nieuw en wijzen op een chronisch gebrekaan effectieve oplossingen. Een systematische aanpak is nodig om de problemen aan te pakken en het vertrouwen van de reizigers terug te winnen.
5. Demografische uitdagingen
De grootste groep deelnemers is tussen de 41 en 65 jaar oud, wat suggereert dat het beleid mogelijk niet voldoende rekening houdt met de behoeften van jongere en oudere bevolkingsgroepen. Er moet meer aandacht worden besteed aan het ontwikkelen van mobiliteitsoplossingen die inclusiever zijn en beter aansluiten bij de diverse behoeften van de bevolking.
6. Tijd voor actie
De resultaten van deze enquête zijn een wake-up call voor beleidsmakers. Het huidige mobiliteitsbeleid schiet tekort in het bieden van betrouwbare, betaalbare en duurzame vervoersopties. Er is een dringende behoefte aan een herziening van het beleid, met een focus op het verbeteren van de infrastructuur, het verhogen van de betrouwbaarheid van het openbaar vervoer, en het creëren van een veiliger en aantrekkelijker fietsnetwerk. Alleen door deze uitdagingen aan te pakken, kunnen we een duurzamere en efficiëntere mobiliteit voor iedereen realiseren.
Tekst Dimitris Bousoulas