De middelen worden voorzien, maar het is o.a. aan lokale besturen om ze gericht en op een goede manier in te zetten. En daar wringt een schoentje. Niet elke gemeente neemt de extra financiële kansen te baat om een stevig kinderopvangbeleid uit te werken en te ontplooien.
Ilse Vandenbroucke kaart een gebrek aan visie in de gemeente Jabbeke aan
Ilse Vandenbroucke, onafhankelijk gemeenteraadslid in Jabbeke, kaart een gebrek aan visie in de gemeente aan. “Het aantal kinderopvangplaatsen in Jabbeke staat op een historisch dieptepunt. Op 100 kinderen worden er in de gemeente slechts 36 plaatsen voorzien. Jabbeke is daarmee bij de slechtste gemeentes in West-Vlaanderen. Sinds de verkiezingen in 2018 is het aantal opvangplaatsen in vrije val (tot dan nog 52,4%). Het lijkt erop dat het bestuur zich van kindzorg maar weinig aangetrokken heeft en er nog steeds niet van wakker ligt. Alle signalen (lange wachtlijsten, (groot-)ouders die zelf maanden verlof moeten opnemen, kinderen die op meerdere (3!) opvanglocaties ondergebracht moeten worden...) worden genegeerd en het bestuur komt met eigen statistieken.
Dat de onthaalouders met uitsterven bedreigd zijn, is al enige jaren duidelijk. De toename aan nieuwe wijken (in Varsenare Noord bv) zorgt voor een stijging van het aantal jonge gezinnen en dus ook het aantal kinderen dat opvang nodig heeft. Daar werd echter niet op geanticipeerd. Nochtans, 'Gouverner, c’est prevoir'. De gemeente trekt met de bouw van nieuwe wijken nieuwe inwoners aan (cf. stijging bevolkingsaantal en belastingopbrengst) maar voorziet met die extra inkomsten niet in de infrastructuur en dienstverlening voor die bijkomende inwoners. Het ziet er bovendien naar uit dat het aantal kinderopvangplaatsen nóg verder zal dalen. De gemeente kocht de voorbije jaren meerdere eigendommen aan (site Rogiers, pastorie in Snellegem...), maar verbouwingen om daar opvangplaatsen te creëren werden en worden op de lange baan geschoven. Om tot (duurzame) oplossingen te komen is er een wijziging in het beleid nodig: zo kan de gemeente er bijvoorbeeld voor kiezen om privé-initiatieven te ondersteunen en te stimuleren.”