Sinds de Europese licentie op 8 januari is vervallen, worden nergens in Europa nog Tupperware-producten gemaakt. Er zal nu noodgedwongen bij de ondernemingsrechtbank van Aalst het faillissement worden aangevraagd.
Johan Quintelier: 'Dit is een drama voor de werknemers. Als het faillissement effectief wordt doorgevoerd, zal er geen geld genoeg zijn om de wettelijke ontslagvergoeding uit te betalen. Via een schuldvordering bij de curator zal er een tussenkomst zijn van het Fonds voor Sluiting van ondernemingen voor de werknemers van maximaal 30.500 euro bruto. Een voorschot / overbruggingsvergoeding dat, in afwachting van de definitieve afhandeling van het faillissement, absoluut onvoldoende is voor de grootste groep van de werknemers. De meesten onder hen hebben een zeer hoge anciënniteit in de onderneming, gemiddeld meer dan 20 jaar.
De grote schuldige in dit verhaal is het moederbedrijf Tupperware Brands in Orlando (VS). In oktober 2024 werd het overgenomen door zijn schuldeisers. Een schuldenberg van een 800 miljoen euro was de oorzaak. Uit het herstelplan werd The New Tupperware Company opgericht. Deze besliste om voortaan wereldwijd in slechts 8 van de 67 markten verder te opereren. Europa (en dus ook Aalst) maakte geen deel uit van het nieuwe plan. Ondanks het feit dat Europa sinds de overname als tweede beste verkoopmarkt uit de bus kwam, bleef de deur voor een doorstart dicht.
'De enige hoop nu is dat er na afhandeling van het faillissement voldoende middelen overblijven om de voornaamste schuldeisers, het personeel, te kunnen compenseren.'
Johan Quintelier, ACVBIE
Aalst was de voorbije jaren nochtans een goede leerling. Zowel qua productie en distributie, als in onderzoek en ontwikkeling van nieuwe producten en het vervaardigen van matrijzen was Aalst een expertisecentrum. Alleen stond de fabriek in Aalst niet op zichzelf. Sinds januari 1998 werd Tupperware Belgium een maakloonbedrijf. Dat is een bedrijf dat producten vervaardigt in opdracht van een andere onderneming, in dit geval het Zwitserse TPAG. Deze constructie werd om fiscale redenen opgezet met het gevolg dat Tupperware Belgium voor 100 % afhankelijk was van deze Zwitserse constructie voor zijn activiteiten en zijn centen. De jaarrekeningen geven daardoor geen 100 % getrouw beeld.
De laatste jaren werd Tupperware Belgium geconfronteerd met de gevolgen van de dalende verkoop. De nood aan een nieuwe verkoopstrategie is meermaals aangehaald in de sociale overlegorganen. Toch is het niet gelukt om vooruitgang te boeken. Het aantal vaste werknemers daalde op 5 jaar tijd met meer dan 100. Bovendien maakten ze sinds corona in de productie- en de distributieafdeling systematisch gebruik van tijdelijke werkloosheid wegens economische redenen. Dit heeft ervoor gezorgd dat er geen herstructurering is gekomen en dat het bedrijf kon blijven functioneren. Door het faillissement van het moederbedrijf is het einde nu toch een feit.
De enige hoop nu is dat er na afhandeling van het faillissement toch nog voldoende middelen overblijven om de voornaamste schuldeisers, het personeel, een deel van hun niet ontvangen ontslagvergoedingen te kunnen compenseren. Want de gronden, gebouwen en installaties van de site in Aalst zijn wel degelijk eigendom van Tupperware Belgium.'
Tekst Jan Maertens