Sinds begin augustus krijgen banken een rente van 3,75 procent voor het stallen van spaargeld van klanten bij de Europese Centrale Bank. Dat is het hoogste peil in 23 jaar. Maar die recordrente staat veraf van wat diezelfde klanten krijgen op hun eigen spaarrekening. Mondjesmaat bieden grootbanken rentes aan van iets meer dan twee procent op spaarrekeningen. Tenminste, als het geld een jaar lang onaangeroerd blijft.
Met de staatsbon heeft de Belgische spaarder sinds vandaag een alternatief. Minister van Financiën Vincent Van Peteghem (cd&v) maakte eerder deze week bekend dat de staatsbon op een jaar een nettorendement oplevert van 2,81 procent. Door de looptijd van slechts één jaar is de staatsbon een concurrent van het klassieke spaarboekje. Nog tot 1 september kan iedereen die dat wil intekenen op de staatsbon.
Banken hebben spaargeld nodig
‘De regering heeft het slim gespeeld’, zegt Cindy Moons, expert monetair beleid aan de KU Leuven. ‘Met de staatsbon hebben mensen voor het eerst sinds lang een interessant alternatief voor het klassieke spaarboekje. Als voldoende mensen ervoor kiezen om met een deel van hun spaargeld staatsbonnen te kopen, kan dat banken inderdaad onder druk zetten om hun rentes te verhogen. Banken gaan dan namelijk moeite moeten doen om niet te veel spaargeld te laten vertrekken, want dat hebben ze zelf nodig om winst te maken.’
Of de staatsbon de spaarrentes het vuur aan de schenen kan leggen, hangt dus af van de interesse ervoor. Toch is het ondertussen eerder twijfelachtig of een groot enthousiasme onder spaarders volstaat om ook effectief de spaarrentes omhoog te stuwen. Zowel Belfius als BNP Paribas communiceerden deze week al dat er tussen de grootbanken afspraken zijn om de spaarrentes niet te verhogen. Van Peteghem liet daarop weten een onderzoek te starten naar schendingen van de concurrentieregels. Beide banken reageerden snel door die eerdere berichten ‘foute communicatie’ te noemen.
'Gewoon niet fair'
‘Bovendien zagen banken het laatste jaar dat ze zonder veel gemor klanten een lage rente konden uitkeren om zo hun eigen winsten te verhogen. Want enerzijds wel de rentes op hypotheekleningen gevoelig verhogen maar anderzijds die op het spaarboekje laag houden is gewoon niet fair’, overschouwt Moons de huidige situatie. ‘In de jaren 80 – wanneer er vergelijkbare inflatiecijfers waren – zagen we dat hypotheekrentes hand in hand gingen met de rentes op spaarboekjes.’
'Enerzijds de rentes op hypotheekleningen gevoelig verhogen maar anderzijds die op het spaarboekje laag houden is gewoon niet fair'
Hogere rentes voor de spaarrekening zouden daarnaast de stabiliteit van de banksector in gedrang kunnen brengen, klonk het eerder dit jaar ook nog bij sectororganisatie Febelfin. Waar die beoogde stabiliteit ook voor bleek te zorgen, waren ongeziene winstenresultaten bij enkele grootbanken. BNP Paribas kende in het tweede kwartaal van dit jaar een nettowinst van 3,26 miljard euro, een stijging van tien procent in vergelijking met vorig jaar. Bij het Nederlandse ING ging de teller tot 2,15 miljard euro in dezelfde periode. Voor de Belgische tak van de bank met de leeuw bedroeg in dat kwartaal de winst (voor belastingen) 588 miljoen euro. Dat is ruim een verdubbeling van wat dezelfde periode in 2022 opbracht.