De 66.000 werknemers in de voedingsnijverheid hebben binnenkort recht op een koopkrachtpremie van 250 euro. Tenminste, als het bedrijf de voorbije tijd winst kon optekenen. ‘Tijdens de coronacrisis ging het heel wat bedrijven in de voedingsindustrie voor de wind’, zegt Steve Rosseel, nationaal secretaris bij ACV Voeding en Diensten. ‘Corona maakte verschillende zaken onmogelijk, waardoor veel mensen zich gingen toeleggen op goed koken en lekker eten. Dat zorgde in bedrijven vaak voor mooie winsten. Die winsten bleven dikwijls ook na de coronacrisis bestaan.’
Waardering voor het personeel komt er nu in de bedrijven met winst in de vorm van een koopkrachtpremie voor wie werkt onder het paritair comité 118. Rosseel: ‘250 euro is natuurlijk ook in deze tijden van hoge inflatie zeer welkom.’ Maar daar blijft het niet bij, zegt de secretaris. Want in het sectoraal akkoord waar de premie deel van uitmaakt, hebben de vakbonden nog andere verbeteringen voor werknemers kunnen verzekeren. ‘Het waren zware onderhandelingen, maar met resultaat. We verdubbelen bijna de tussenkomst van de werkgever voor kinderopvang van drie naar vijf euro per dag. Daarnaast onderhandelden we een robuustere verlofregeling en verzekerden we dat wie eerder aanspraak kon maken op SWT daar ook binnenkort nog recht op heeft. Tenslotte ontvangen werknemers een hogere fietsvergoeding of een grotere tussenkomst voor het openbaar vervoer of het eigen vervoer.’