De Algemene Raad van het ACV keurde het ontwerpakkoord van de Groep van 10 goed met 80,6 procent. 'Dat is een serieuze opsteker voor alle werknemers én voor het sociaal overleg’, klinkt het bij het ACV. ‘Ondanks het uitblijven van een interprofessioneel akkoord wegens de door de regering opgelegde loonblokkering, zijn de sociale partners erin geslaagd om een akkoord te sluiten over een aantal belangrijke dossiers. Dit akkoord is ook belangrijk voor de komende sectorale onderhandelingen.’
Op 30 juni lopen de cao’s rond landingsbanen en SWT af. Binnen de Groep van 10 is nu een ontwerpakkoord om de volgende cao’s te verlengen tot 30 juni 2025:
- Het medisch SWT vanaf 58 jaar, het SWT voor personen vanaf 60 jaar met een lange loopbaan (40 jaar), het SWT voor personen met zware arbeidstijdsregelingen en voor verminderd arbeidsgeschikten in de bouw vanaf 60 jaar na 33 loopbaanjaren, als een sector-cao wordt afgesloten.
- Halftijdse en 4/5 landingsbanen met uitkering van de RVA vanaf 55 in plaats van 60 jaar voor werknemers in bedrijven in herstructurering of moeilijkheden, 35 jaar loopbaan, met zware arbeidstijdregelingen, nachtarbeid en verminderde arbeidsgeschiktheid in de bouw, als een sector-cao wordt gesloten.
- De verhoging van het minimumloon met 35,7 euro bruto moet op 1 april 2024 opgetrokken worden naar 50 euro netto in het kader van de aangekondigde fiscale hervorming.
- Nieuw is de regeling voor doelgroepwerknemers van maatwerkbedrijven, die momenteel voor landingsbanen onder de 60 jaar nauwelijks in aanmerking komen omdat zij maar zelden 35 loopbaanjaren kunnen voorleggen. Voor hen is mede op initiatief van ACVBIE voor het eerst in een soepelere regeling voorzien: landingsbaan met RVA-uitkering vanaf 55 jaar na 25 jaar loopbaan.
- In ruil daarvoor vragen werkgeversorganisaties een verlenging van de afspraken over overuren, met 120 extra vrijwillige overuren per jaar, zonder inhaalrust, toeslag, belastingen of patronale bijdragen.
Om het ontwerapakkoord volledig goedgekeurd te zien, moeten ook de andere sociale partners nog hun zegen geven. Daarna is het aan de regering om het akkoord definitief aan te nemen, zodat de sociale partners tijdig aan de nieuwe cao- en sectoronderhandelingen kunnen beginnen.