Minister van Volksgezondheid en Sociale Zaken  Frank Vandenbroucke (Vooruit)
Minister van Volksgezondheid en Sociale Zaken Frank Vandenbroucke (Vooruit) © ID/ Tim Dirven

Minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) toonde veel ambitie. Maatschappelijke gezondheidsdoelstellingen moesten leidinggevend worden, de financiële toegankelijkheid versterkte hij, en mentaal welzijn werd prioritair. Maar al die ijver vereist dat de volgende regering doorpakt.

Lien De Vos, Stafmedewerker politiek en beleid CM

Ondanks de bonte regeringssamenstelling, bereikte de Vivaldi-regering een op papier veelbelovend regeerakkoord, toch voor onze gezondheidszorg. Het beleidsplan beloofde een bredere visie op het gezondheidsbeleid te erkennen, om te werken met gezondheids(zorg)doelstellingen, om gezondheidsongelijkheden te verminderen, om de ziekenhuisfinanciering te hervormen, om de nomenclatuur te herijken, ereloonsupplementen te verminderen, om onze veerkracht te vergroten, et cetera.

Maar de wittebroodsweken van de coalitie werden overschaduwd door de COVID-19-crisis. In hoeverre is de regering er desondanks in geslaagd haar grote ambities waar te maken, en welke werven laat ze achter voor toekomstige beleidsmakers?

De wittebroodsweken van de Vivaldi-coalitie werden overschaduwd door de COVID-19-crisis.

Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) stelde bij de start van de regering de kwaliteit en doelmatigheid van de gezondheidszorg voorop als belangrijke pijlers in het beleid. Om de doelmatigheid te verhogen, zouden gezondheidszorgdoelstellingen in het leven worden geroepen, na te streven resultaten in termen van onder meer de gezondheid van de bevolking, en de kwaliteit, toegankelijkheid en houdbaarheid van de zorg op lange termijn.

CM pleit al langer voor een duurzaam gezondheidszorgbeleid vanuit een brede visie op gezondheid, dat vertrekt van de noden van de bevolking. In combinatie met doelmatige zorg – appropriate care in de vakliteratuur, de juiste zorg op de juiste plaats op het juiste moment – en een dynamisch meerjarig budgettair kader, moeten gezondheidszorgdoelstellingen bijdragen aan een strategische langetermijnvisie voor de ziekteverzekering en een goed werkende gezondheidszorg. De begroting voor 2022 was de eerste die gebaseerd was op die nieuwe filosofie.

De ziekenfondsen voegden dat jaar een nieuwe lijn in de gezondheidszorgbegroting toe, met name ‘gezondheidszorgdoelstellingen en appropriate care’, waarop nieuwe initiatieven verschijnen die meerdere zorgsectoren samen implementeren. In de loop van 2024 zal een nieuwe Commissie voor gezondheidszorgdoelstellingen van start gaan.

Haar eerste taak bestaat erin om voor de nieuwe legislatuur de prioritaire gezondheidszorgdoelstellingen aan de Algemene Raad van het RIZIV (Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering) en de regering te adviseren.

Conventionaliseringsbereidheid artsen neemt af

Zorg toegankelijk en betaalbaar maken voor iedereen was het engagement van de minister. In het regeerakkoord kreeg dat de opvallend concrete doelstelling om tegen 2030 de gezondheidskloof met minstens 25 procent te verkleinen.

Er zijn zeker inspanningen geleverd in die trant. Zo kwamen er maatregelen om het systeem van de maximumfactuur te versterken, het systeem waarbij eigen bijdragen in remgeld geplafonneerd worden tot een bepaald bedrag. Met een verlaging van het plafond van 450 naar 250 euro in 2022 voor de (nieuw ingestelde) allerlaagste inkomensgroep, kregen naar schatting 100.000 gezinnen extra bescherming.

De regering voerde een verbod op ereloonsupplementen in voor mensen met een verhoogde tegemoetkoming.

Daarenboven was er het historische akkoord over de interfederale maximumfactuur, waarbij niet alleen de remgelden op federaal niveau (zoals consultaties bij een arts), maar ook regionale remgelden worden opgenomen in de teller van de maximumfactuur. Dat samenwerkingsakkoord werd eind 2023 bereikt, maar trad nog niet in werking. Nochtans is het van belang voor bijvoorbeeld mensen die zorg krijgen in een revalidatiecentrum, zoals de ambulante revalidatie voor kinderen met ontwikkelingsstoornissen.

De verhoogde tegemoetkoming, het lagere remgeld voor de laagste inkomensgroepen, kreeg eveneens een verbetering, onder meer door ze in meer gevallen automatisch toe te kennen.

De uitbreiding van de automatische toekenning geldt voor mensen die alleenstaand zijn, of samenwonen met familieleden tot en met de tweede graad, en die minstens drie maanden volledig arbeidsongeschikt of werkloos zijn en geen andere beroepsinkomsten hebben. Voorheen bestond het automatische recht enkel voor specifieke doelgroepen, bijvoorbeeld voor wie een leefloon had.

Tot slot voerde de regering voor mensen met een verhoogde tegemoetkoming een verbod op ereloonsupplementen in, dat gefaseerd wordt uitgerold. Dat doet veel stof opwaaien bij de artsenorganisaties. Nochtans is die tariefzekerheid voor de laagste inkomens is een goede zaak.

De voorbije jaren stellen we vast dat de bereidheid van zorgverleners afneemt om toe te treden tot de conventies en zo de toegankelijkheid te waarborgen.

Toegang tot zorg verzekeren voor elke inwoner blijft een kernopdracht van het gezondheidszorgbeleid. Als mutualiteit blijven we geloven in een conventiesysteem waarbij we in overleg met zorgverstrekkers de tarieven bepalen en tot een evenwicht te komen.

Maar de voorbije jaren stellen we vast dat de bereidheid van zorgverleners afneemt om toe te treden tot de conventies en zo de toegankelijkheid te waarborgen. Zo keurden de tandartsen recent het conventieakkoord af waardoor de tariefzekerheid op de helling komt te staan. Een hervorming én versterking van het conventiesysteem dringt zich op.

Naar de meest kwetsbaren

Een derdebetalersregeling belet dat patiënten eerst de kost moeten voorschieten. Dat verlaagt de drempel tot zorgverlening. Een algemene derdebetalersregeling hebben we in België nog niet, maar sinds 2022 kan ze wel worden toegepast voor alle geneeskundige verstrekkingen, ongeacht het statuut of de leeftijd van patiënten. Daarvoor was dat in veel gevallen niet toegelaten.

Een nog meer veralgemeende verplichting zou een stap vooruit zijn, zolang er voldoende controle is op de effectieve levering van prestaties.

Om de toegang tot gezondheidszorg voor kwetsbare mensen te verbeteren, startte de regering ook met het project van de Community Health Workers. Dit intermutualistisch project, gefinancierd door het RIZIV en ontstaan uit de noden van de COVID-19-crisis, zet professionele brugfiguren in om kwetsbare mensen te ondersteunen en de weg te wijzen in ons gezondheidszorglandschap. Zij zoeken actief zorgbehoevende mensen op, die de weg naar zorg maar moeilijk vinden.

Sinds 2023 geldt een verbod op supplementen voor zware medische beeldvorming overdag op weekdagen. We merken nu dat nu meer scans ’s avonds of in het weekend plaatsvinden.

Omdat ze deel uitmaken van de gemeenschap waarin zij werken, kunnen ze door die vertrouwensrelatie een brug maken tussen de gemeenschap in kwetsbare wijken en de gezondheids- en welzijnsdiensten. Ondanks beperkte middelen slaagt het project erin om heel wat in beweging te zetten voor een doelgroep die verstoken bleef van essentiële zorg. Structurele verankering in de toekomst is belangrijk.

Ereloonsupplementen

Wat betreft financiële toegankelijkheid van ziekenhuizen zijn voor het eerst maatregelen genomen die een mentaliteitswijziging moeten teweegbrengen. In 2022 werden de maximumtarieven van ereloonsupplementen voor het eerst bevroren. Dat zijn ze nog steeds, een belangrijke eerste stap naar de plafonnering en afbouw van supplementen om, binnen de ruimere context van de hervorming van de ziekenhuis- en artsenfinanciering, de patiëntenfactuur onder controle te houden.

Sinds eind 2023 geldt bovendien een verbod op supplementen voor zware medische beeldvorming overdag op weekdagen. Al merken we nu al dat nu meer scans ’s avonds of in het weekend plaatsvinden.

Aan de herijking van de nomenclatuur, om de nomenclatuur aan te passen aan de evoluties en innovaties in medische activiteiten – zoals telegeneeskunde – werd gewerkt. Dat moet onder meer de onredelijke inkomensverschillen tussen huisartsen en specialisten, en tussen artsen-specialisten onderling, corrigeren.

Maar een fundamenteel debat over wat een billijk loon is voor artsen, blijft achterwege.

Dat maakt al bij al een mooi palmares op het vlak van financiële toegankelijkheid. Of daarmee de doelstelling om de gezondheidskloof tegen 2030 met 25 procent te dichten, bereikt wordt, valt te betwijfelen. Dat vergt interfederale samenwerking en maatregelen in alle domeinen en bevoegdheden.

Een grootschalige studie van CM legde een fijnmazig en rechtlijnig verband bloot tussen inkomen en gezondheid, tot op wijkniveau. De studie is ontluisterend. Ze moet als nulmeting dienen om concrete beleidsmaatregelen te formuleren en te meten.

Thuishospitalisatie

De ziekenhuizen ondergingen de voorbije legislatuur nog heel wat aanpassingen. In de context van de ziekenhuisnetwerken – en vanuit de idee ‘nabije zorg waar mogelijk, gespecialiseerde zorg waar nodig’ – werd vastgelegd welke zorgopdrachten elk locoregionaal ziekenhuisnetwerk moet aanbieden: spoed, bevallingen, geriatrie, enzovoort.

Zogenaamde supraregionale zorgopdrachten, die niet elk netwerk kan of mag organiseren, staan daarboven, zoals een gespecialiseerde behandeling van beroertes of complexe kankers.

De afgelopen jaren zien we een trend naar meer daghospitalisatie en zogenaamde thuishospitalisatie. Ligdagen zijn nu eenmaal duur, het personeel is schaars en nieuwe technieken zijn vaak minder ingrijpend. Bepaalde patiënten kunnen thuis zorg krijgen die tot voor kort enkel mogelijk was in een ziekenhuiscontext, zoals bepaalde kankerbehandelingen.

De toename van dag- en thuishospitalisatie vergt een verschuiving van middelen naar de thuiszorg.

Maar de toename van dag- en thuishospitalisatie vergt een verschuiving van middelen naar de thuiszorg. Niet alleen voor meer thuisverpleging, maar ook voor bijvoorbeeld meer gezinszorg, herstelverblijf of mantelzorg. Het gevaar bestaat dat patiënten (te) snel naar huis worden gestuurd, zonder dat de thuiszorg daarop is ingericht.

Minister Vandenbroucke slaagde er wel in om samen met de bevoegde regionale ministers een akkoord te sluiten om bij te dragen aan de financiële leefbaarheid van de centra voor herstelverblijf. Wie niet-intensieve revalidatie nodig heeft, bijvoorbeeld na een operatie of een val, zal daardoor wellicht ook in de toekomst terecht kunnen in zo’n centrum.

Er beweegt dus veel, maar – toegegeven – enkele jaren volstaan niet om de fundamentele hervormingen door te voeren die de minister had aangekondigd. Een tijdelijke bevriezing is nog geen structurele oplossing voor de ereloonsupplementen. De afdrachtenregeling, waarbij ziekenhuizen afhankelijk zijn van de medefinanciering door artsen, werd niet wezenlijk hervormd.

Geïntegreerde zorg

Wie chronisch ziek is, heeft geen boodschap aan versnipperde zorg en zorgverstrekkers die naast elkaar heen werken. Zowat iedereen in de gezondheidszorg is het erover eens dat we moeten evolueren naar geïntegreerde zorg (GIZ), met samenwerking over bevoegdheden heen en met noodzakelijke verbindingen tussen gezondheidszorg en welzijn.

Voor CM is daarbij onder meer social prescribing, zeg maar welzijn op voorschrift, heel belangrijk. Dat betekent dat zorgverleners kunnen doorverwijzen naar sociaal werkers die bijvoorbeeld een zorgplan helpen opmaken of thuiszorg organiseren. Een aangeduide zorgcoördinator, of casemanager, is cruciaal om iemand te helpen diens zorg te organiseren, vertrekkend vanuit diens levensdoelen.

Geïntegreerde zorg is geen nieuw verhaal, maar ons gezondheidszorglandschap is complex en kent veel betrokken partijen. Hervormingen vorderen vaak traag. Eind november 2023 werd met een interfederaal plan GIZ een fundament gelegd.

Alleen moet nog blijken hoe de implementatie van dat plan zal bijdragen tot geïntegreerde zorg in de praktijk. De projecten GIZ lopen immers eind 2024 ten einde en worden vervangen door structurele maatregelen om over bevoegdheden en disciplines heen samen te werken, maar dat staat nog in de kinderschoenen.

Toch werden al enkele stappen gezet. Concreet werden met de New Deal voor de eerstelijnspraktijken (federaal) en met het zorgprogramma perintale zorg stappen gezet om eerstelijnsactoren te laten samenwerken.

Tegelijkertijd probeert de New Deal een antwoord te bieden aan het toenemend tekort aan huisartsen door artsen de mogelijkheid te geven in te stappen in een nieuwe en duurzame organisatie en financiering van de huisartsenpraktijk, met taakdelegatie en ondersteuning.

Voor 11 euro naar de psycholoog

De hervormingen om een geïntegreerde geestelijke gezondheidszorg in te richten, zijn nog niet geland. Maar op vlak van mentale gezondheid kunnen we de regering geen gebrek aan ambitie verwijten. De belangrijkste verwezenlijking is ongetwijfeld de conventie eerstelijnspsychologische zorg, bedoeld om de toegang tot geestelijke gezondheidszorg te vergroten.

Door die conventie hebben zowel kinderen als volwassenen recht op een aantal sterk terugbetaalde sessies per jaar bij de eerstelijnspsycholoog, 11 euro per sessie voor volwassenen zonder verhoogde tegemoetkoming. Sinds kort zijn de sessies voor jongeren zelfs gratis, en is er geen remgeld meer verschuldigd als ze hulp krijgen via een netwerk voor geestelijke gezondheidszorg.

Door in te zetten op vroege opsporing van psychologische problemen vinden meer mensen hun weg naar de psychologische zorg en stijgt de vraag zonder dat het aanbod kan volgen.

Daarmee werd een belangrijke financiële drempel weggewerkt. Maar door in te zetten op vroege opsporing en aanpak van psychologische problemen vinden meer mensen hun weg naar de psychologische zorg en stijgt de vraag zonder dat het aanbod kan volgen. De wachtlijsten worden dus niet weggewerkt.

Toch bleek de organisatie van een professionele stage voor studenten klinische psychologie en orthopedagogie een moeilijke horde om te nemen. Nochtans biedt dat een uitgelezen kans om toekomstige zorgverstrekkers te versterken.

De patiënt centraal

Begin 2024 keurde het parlement een update goed van de wet op de patiëntenrechten. Die was al meer dan twintig jaar oud en moest worden aangepast aan de huidige tijdsgeest. Tot onze voldoening vonden we daarin de CM-speerpunten terug.

De patiënt staat steeds centraal en is meer dan iemand met een diagnose en een behandeling. De vertrouwenspersoon en de vertegenwoordiger van de patiënt krijgen meer aandacht, net als een vroegtijdige zorgplanning, en de levensdoelen van patiënten. Zorgverleners werden verplicht om patiëntengegevens te ontsluiten op een elektronische en veilige manier.

Wat blijft is het beeld van een regering die met veel goede wil veel hervormingen in gang gezet heeft. Al is lang niet alles daadwerkelijk geland, en liggen tal van uitdagingen voor de boeg.

Hoewel de hervormde wet een sterke stap vooruit is voor een mensgerichte zorg, moeten we erover waken dat ze geen dode letter blijft.

Dat geeft het beeld van een regering die met veel goede wil veel hervormingen in gang gezet heeft. Al is lang niet alles daadwerkelijk geland, of structureel verankerd, en tal van uitdagingen liggen nog voor de boeg. Het ingekorte tijdsbestek door de lange regeringsvorming en de uitwassen van de COVID-19-pandemie zijn weliswaar verzachtende omstandigheden.

We streven naar een samenleving zonder gezondheidsongelijkheid. Dat kan door beschermingsmaatregelen zoals de maximumfactuur en de verhoogde tegemoetkoming te versterken, of door een meer forfaitaire financiering van de eerstelijnszorg. We pleiten ook voor een gezonde leefomgeving waarin gezondheid in elk beleidsdomein aan bod komt, met aandacht voor een ambitieus klimaatbeleid.

Als het over mentale gezondheid gaat, moeten we vooral de oorzaken durven aanpakken en investeren in opgroeiende kinderen. Als gezondheidsfonds kunnen en willen we een belangrijke partner zijn om die uitdagingen het hoofd te bieden.

Abonnement De Gids

Neem een abonnement op De Gids!

Aanbevolen

Houdt CD&V terecht het been stijf rond welzijn?

Gebrek aan investeringen op het domein van welzijn doen de onderhandelingen voor een Vlaamse regering opnieuw stranden. Volgens CD&V-voorzitter...
   11 september 2024

Leren leven met diabetes

Tien jaar geleden kreeg Dominik Van Sweevelt (63) diabetes type 2. Veel bewegen en gezond eten hield zijn bloedsuikerspiegel onder controle. Met het...
 Vlaams-Brabant en Brussel  05 september 2024

Ook activiteiten voor chronisch zieken dankzij Samana in...

Samana is in Halle een nieuwe basiswerking gestart: Samana Samen Beleven. Daarmee zet de organisatie in op beleving en beweging door activiteiten te...
 Vlaams-Brabant en Brussel  04 september 2024

Over 20 jaar kwart minder zorg voorhanden in woonzorgcentra

De komende twintig jaar zal de vraag naar zorg zodanig stijgen dat zelfs een groter aantal verpleegkundigen het werk niet langer zal kunnen...
   02 september 2024