Nadat de stijgende gasprijzen meer dan een jaar lang de levensduurte alarmerend aanwakkerden, is het ergste nu misschien achter de rug. Het nieuwe jaar begon met het welgekomen nieuws dat de gasprijzen gedaald zijn tot op het niveau van voor de Russische inval in Oekraïne. Wellicht betekent dat een verlichting voor de energiefacturen. Maar de stormachtige prijsstijgingen van 2022 blijven we helaas nog wel even voelen.
Consumentenvereniging Test-Aankoop berekende dat boodschappen doen op het einde van 2022 19,7 procent duurder was dan aan het begin van het jaar. De prijs voor boter nam liefst 38 procent toe, jonge kaas werd 41 procent duurder. Groenten, vlees, schoonmaakmiddelen en dierenvoeding kosten een vijfde meer dan een jaar geleden, en voor spaghetti, diepvriesfrieten en keukenpapier ligt de inflatie zelfs boven de 50 procent.
Conflict aan de kassa
Kassamedewerker bij Albert Heijn in Maaseik Stefan Moonen ziet de gevolgen van die duurdere winkelkar elke dag. ‘Bij het afrekenen stel ik me vaak de vraag of ik niets misteld heb’, zegt hij. ‘Het is om van achterover te vallen.’
'Voor 70 of 80 euro krijg je vandaag je kar niet eens helemaal vol'
Kassamedewerker Stefan Moonen
Zijn klanten staan er soms net zo verbouwereerd bij, en spreken Moonen regelmatig aan op de prijsstijgingen. ‘Voor 70 of 80 euro krijg je vandaag je kar niet eens helemaal vol. Mensen kopen steeds meer op basis van kortingen, maar als er een misverstand is over een bonusprijs, leidt dat weleens tot conflicten. Ik doe mijn best om klanten zelf te wijzen op kortingsacties die ze misschien gemist hebben. Geldt voor een aankoop bijvoorbeeld 1+1-gratis, dan laat ik hen snel nog een tweede exemplaar halen.’
Buffer
De stijgende voedselprijzen lijken op het eerste gezicht het logische gevolg van hogere productiekosten, door onder andere de gestegen energiefactuur, maar volgens Steve Rosseel van ACV Voeding en Diensten spelen de grootste voedingsproducenten het hard.
‘Er is een groot verschil tussen kleinere ondernemingen, zoals een warme bakker of lokale kruidenierszaak, en grote spelers’, legt hij uit. ‘Veel kleinere ondernemingen voelen de stijgende energieprijzen erg hard en kunnen die niet zomaar doorrekenen aan hun klanten. Maar de grootste producenten en verdelers hebben vaak nog langlopende vaste energiecontracten. Bovendien indexeren veel lonen pas vanaf deze maand. Toch rekenden ze de prijsstijgingen al veel eerder door. Ondertussen anticiperen ze al opnieuw op stijgende kosten door verpakkingen kleiner te maken.’ Zo bevat een pot Ben & Jerry’s-ijs nog slechts 465 in plaats van 500 ml.
Voeren voedingsproducenten dan niet het verantwoordelijke beleid van een goede huisvader of -moeder, om een buffer aan te leggen voor wanneer het slechter gaat? ‘De winstmarges per werknemer in de voedingsnijverheid zijn tussen 2019 en 2022 verdubbeld, en we zien die in de eerste plaats naar de aandeelhouders gaan’, zegt Rosseel. ‘Er wordt dus helemaal geen buffer aangelegd.’
‘In een normaal jaar wordt in de sector ongeveer een miljard euro aan aandeelhouders uitgekeerd’, weet Olivier Malay van de studiedienst van ACV Voeding en Diensten. ‘Als bedrijven vandaag al reserves opbouwen, zal wat aan het einde van de rit overblijft ook vooral naar die aandeelhouders gaan.’
Verloren
Samen met econoom Anaïs Couronné becijferde Malay dat ongeveer de helft van de werknemers in de sector tot januari 2023 moest wachten op een loonindexering. ‘Dat leidde voor hen tot een koopkrachtverlies van wel 1 800 euro’, aldus Couronné. ‘Maar zelfs na die indexering verwachten we voor de sector nog zo’n 400 miljoen euro overwinst.’
Dat maakt dat werknemers van supermarkten zoals Albert Heijn alsmaar vaker hun inkopen doen bij goedkopere alternatieven. Ook Stefan Moonen let erop dat hij enkel nog bonusproducten koopt: ‘De lonen liggen al niet hoog in onze sector, en verschillende collega’s hebben het moeilijk om de eindjes aan elkaar te knopen. Maar als ik voorstel om voedsel zoals brood aan het einde van de dag met werknemers mee te geven die dat echt nodig hebben, vernietigt de directie dat nog liever.’
Koen Roosen van ACV Puls, die Albert Heijn opvolgt, ziet in de stijgende voedselprijzen iets dat werknemers en klanten zou moeten verbinden. De opgedreven prijzen snijden in de portefeuilles van klanten en in de koopkracht van het personeel: ‘We weten dat de omzetstijging bij Albert Heijn voor een marge zorgt om de lonen te doen stijgen, maar die onderhandelingen lopen moeilijk. Ondanks de winsten wordt het een gevecht om iets van de consumptiecheque van 750 euro te kunnen krijgen.’