Sinds corona raakten telefonische consultaties ingeburgerd. Dat kan gaan om een korte inschatting van symptomen, maar evengoed kan je huisarts telefonisch bloedresultaten bespreken. Om besmettingsgevaar in te perken tijdens de pandemie, begonnen huisartsen massaal gebruik te maken van het systeem.
Dat het ook in de jaren nadien razend populair zou blijven, had het RIZIV (Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering) echter niet verwacht. Gevolg: bovenop de gewone consulten kwam een lading aan teleconsults. Artsen krijgen 11,93 euro per telefonische consultatie, 2 euro wordt als remgeld door de patiënt betaald. Zo ontstond een situatie die onhoudbaar werd voor het budget, waarop de nationale commissie van artsen, ziekenfondsen en het RIZIV besliste om in te grijpen.
CM-voorzitter Luc Van Gorp: ‘Toen we de teleconsultaties tijdens covid invoerden, gingen we ervan uit dat dit budgetneutraal zou zijn: meer teleconsultaties, minder fysieke consultaties. Maar het tegendeel bleek waar. Bovendien waren er een aantal artsen die opvallend veel teleconsultaties hadden. Zo leek het voor sommige artsen een extra verdienmodel te worden, wat nooit de bedoeling was.’
Telefonische staking
Huisartsen zelf zijn niet te spreken over de nieuwe maatregel. Zij roepen nu op tot een 'telefonische staking' van 15 februari tot 15 maart. Het afschaffen van teleconsultaties maakt alles weer duurder en ontoegankelijker, voeren de huisartsen als argument aan. Een fysieke consult zou drie keer duurder zijn en bovendien doet het de wachtzaal weer overvol lopen, volgens hen.
Tegelijk valt niet te ontkennen dat het systeem soms de deur naar misbruik open zet. Vandaag ontbreekt een kader, waardoor soms telefoontjes van amper een minuut meetellen voor terugbetaling.
Laboverslagen bespreken
CM-voorzitter Luc Van Gorp kan zich achter de beslissing van RIZIV scharen. ‘Het budget van de gezondheidszorg is niet onbeperkt. Teleconsults hebben hun waarde, maar bij de voorbereiding van het gezondheidszorgbudget voor 2025 zagen we in die budgetten een grote ontsporingen.’
CM stelt daarom voor om niet enkel de tarieven, maar ook de inhoud van zo’n consultatie te herbekijken. Van Gorp: ‘Het is niet de bedoeling dat een arts voor elk telefoontje dat hij vroeger ook deed, bijvoorbeeld voor de toelichting van laboverslagen, een teleconsultatie aanrekent. Dat leidt tot een budgettaire ontsporing, zoals we nu zien. Veel artsen zijn zich er zelfs niet van bewust dat de teleconsultaties daar niet voor bedoeld zijn.’
CM betreurt dat de vorige regering tijd verspilde door het budget voor gezondheidszorg niet goed te keuren, waardoor het in ‘lopende zaken’ bleef en een oplossing niet mogelijk was. ‘We zijn met CM alvast hard aan het werk om een degelijk voorstel uit te werken, waarin de artsen zich kunnen vinden, en wat betaalbaar is voor de sociale zekerheid’, besluit Van Gorp.