Een van de sectoren waar de zoektocht naar werkkrachten moeilijk verloopt, is de bouw. Elk jaar moet de bouwsector op zoek naar 18 000 nieuwe werkkrachten. ‘We merken dat het imago van de bouwsector soms een drempel is’, vertelt Patrick Vandenberghe, voorzitter van ACV bouw - industrie & energie. ‘Maar dat imago is vaak niet in overeenstemming met de realiteit.’
Wie voor een baan in de bouw kiest, doet dat immers vanuit een positieve keuze, blijkt uit onderzoek. ‘Omdat mensen met hun handen kunnen werken, veel kunnen bijleren en uitzicht hebben op een vaste baan. Ook de vraag naar gekwalificeerde en hoogwaardige arbeidskrachten neemt toe door de technische en duurzame vooruitgang in de sector.’
‘We moeten de problemen rond lange verplaatsingstijden en gevaarlijk en zwaar werk aanpakken’, gaat Vandenberghe verder. ‘Dit jaar wordt een imagocampagne gelanceerd, om jongeren warm te maken voor de bouwsector.’
Jongeren warm maken voor een baan als vrachtwagenchauffeur is al evenmin makkelijk. ‘Bij het begin van de coronacrisis waren we de helden van de weg. Dat heb ik nu al een tijdje niet meer gehoord’, vertelt Koen Ryckenboer van ACV-Transcom. ‘Diverse campagnes om nieuwe mensen aan te trekken, hebben voorlopig nog niet veel opgebracht. De tekorten zijn al jaren enorm. Van chauffeurs wordt een enorme flexibiliteit gevraagd, tegen de laagste uurlonen. Nochtans zijn zij essentieel om onze logistiek te laten draaien. De loonnormwet maakt het niet makkelijk om de lonen te laten stijgen, maar er lopen nu wel onderhandelingen om aan de nieuwe functieclassificering hogere lonen te koppelen. Hopelijk kunnen we daar snel goed nieuws over brengen.’
Loon is eveneens een belangrijk pijnpunt bij de dienstenchequewerknemers. ‘Nochtans zijn de wachtlijsten voor een huishoudhulp erg lang’, zegt Kris Vanautgaerden van ACV Voeding en Diensten. ‘Klanten dragen onze werknemers op handen, en zijn zelfs bereid om meer te betalen voor de dienstencheques. Maar de lonen blijven laag. Ook al omdat de medewerkers zelf voor hun verplaatsingskosten moeten opdraaien.’
‘De dienstenchequemedewerkers houden van hun werk. Ze zijn trots dat ze een huishouden kunnen ondersteunen, en op zich is de baan goed te combineren met een eigen gezin. Maar wat in oorsprong een goed initiatief was om zwartwerk tegen te gaan en om lokale tewerkstelling te creëren, is door de commercialisering van de sector een gemiste kans geworden.’