Toen het Vlaams Blok in de jaren negentig zijn beruchte 70-puntenplan aankondigde — als ‘antwoord op de vreemdelingenproblematiek’ — las het eerste punt: ‘het opdoeken van het centrum voor gelijkheid van kansen en racismebestrijding’. Het stuitte de partij tegen de borst dat die instelling, later hernoemd tot Unia, naar de rechter kon trekken in zaken van onder andere racisme of discriminatie.
Daaraan heeft het Vlaams Parlement gisteren gevolg gegeven. Het parlement machtigde de Vlaamse Regering om voor midden september uit het interfederale gelijkekansencentrum te stappen. In ruil daarvoor moet ze voor maart 2023 een Vlaamse tegenhanger oprichten: het Vlaams Mensenrechteninstituut, oftewel VMRI.
Dat zou in het oorspronkelijke voorstel van minister van Samenleven Bart Somers (Open VLD), in tegenstelling tot Unia, niet zelf naar de rechter kunnen stappen. Drempelverhogend en een grote achteruitgang op het vlak van mensenrechten, vonden middenveldorganisaties, zoals Amnesty International, of ook de Sociaal-Economische Raad Vlaanderen (SERV). Het huidige ontwerpdecreet, dat de Vlaamse Regering vorige week overeenkwam, komt aan die kritiek min of meer tegemoet: het VMRI kan rechtszaken opstarten, maar slechts ‘bij zaken van collectief belang’ en niet in individuele gevallen.
Stok achter de deur
‘Stel dat een immobiliënkantoor een woning weigert te verhuren aan een persoon met een handicap’, legt discriminatie-expert van beweging.net Brecht Beelen uit, ‘dan moet het VMRI in het huidige voorstel eerst bemiddelen tussen het kantoor en de persoon, wat een goede zaak is, en daarna eventueel oordelen of er sprake is van discriminatie. Maar als het immobiliënkantoor het oordeel van de geschillenkamer vervolgens naast zich neerlegt, kan het VMRI niet naar de rechtbank trekken om de individuele rechten van die persoon met een handicap te verdedigen. Enkel als dat kantoor zich bijvoorbeeld keer op keer schuldig maakt aan dezelfde discriminatie, is er een collectief belang.’
Dat betekent dat het VMRI voorlopig een stok achter de deur ontbreekt om een rechtmatige, niet-discriminerende behandeling af te dwingen. Maar volgens Beelen is het nog niet te laat: ‘De eigenlijke oprichting van het VMRI gebeurt pas in een tweede stap, en ligt dit najaar voor in het parlement. We horen dat er dan wel een echt debat zal plaatsvinden over het instituut. Het is zaak om ervoor te zorgen dat wat in de plaats komt van Unia zo sterk mogelijk is. Een VMRI met tanden.’
Spoedprocedure
Middenveldorganisaties — onder meer beweging.net, het ACV, Kifkif en Netwerk tegen Armoede — reageerden dan ook teleurgesteld dat de beslissing om uit Unia te stappen met een spoedprocedure en zonder debat gebeurde. ‘We hadden verwacht dat aan een dergelijke beslissing een fundamenteel debat zou voorafgaan in een halfrond dat zich democratisch noemt en de mensenrechten belangrijk acht’, reageerde Nina Henkens, coördinator van Kifkif.
Zeker gezien de eerdere negatieve adviezen van onder andere de SERV of de Raad van State over het voorgestelde VMRI, die de Vlaamse Regering zonder meer in de wind sloeg, betreurden de organisaties de beslissing. Bovendien, zegt woordvoerder van çavaria Eef Heylighen, ‘blijft het problematisch dat je iets opzegt zonder dat er eerst een degelijk alternatief is goedgekeurd.’
‘Eigenlijk weten we dat regeringspartijen Open VLD en CD&V het ook een jammere zaak vinden dat Vlaanderen zich terugtrekt uit Unia’, besluit Beelen. ‘Alleen de N-VA wilde dat per se in het regeerakkoord. Dat is het gevolg van de snuffelronde tussen Vlaams Belang en N-VA aan het begin van de regeringsonderhandelingen.’